Vertaling van afslaan

Inhoud:

Nederlands
Frans
afslaan, afwijken {ww.}
dévier 

ik zal afslaan
jij zult afslaan
hij/zij/het zal afslaan

je dévierai
tu dévieras
il/elle déviera
» meer vervoegingen van dévier

afslaan, blijven staan, halt houden, stilhouden, stilstaan, stoppen {ww.}
s'arrêter 
afslaan, pareren, terugslaan, terugstoten {ww.}
rétorquer 
répondre 

ik zal afslaan
jij zult afslaan
hij/zij/het zal afslaan

je rétorquerai
tu rétorqueras
il/elle rétorquera
» meer vervoegingen van rétorquer

afslaan, afwijzen, verwerpen, weigeren, wraken, nee zeggen tegen {ww.}
refuser 
repousser 
rejeter 

ik zal afslaan
jij zult afslaan
hij/zij/het zal afslaan

je refuserai
tu refuseras
il/elle refusera
» meer vervoegingen van refuser