Vertaling van antwoord

Inhoud:

Nederlands
Frans
antwoord [o], bescheid [o], wederwoord [o], weerwoord {zn.}
réponse  [v] (la ~)
Weet je het antwoord?
Connaissez-vous la réponse ?
Zijn antwoord was negatief.
Sa réponse fut négative.
antwoorden, antwoorden op, beantwoorden, verantwoorden {ww.}
répondre 
correspondre à 

ik antwoord

je réponds
» meer vervoegingen van répondre

Kan iemand anders antwoorden?
Quelqu'un d'autre peut-il répondre ?
Kan je dit beantwoorden?
Pouvez-vous répondre à cela ?


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Frans

Antwoord.

Réponds-moi.

Antwoord op de vraag.

Répondez à la question.

Uw antwoord is juist.

Ta réponse est juste.

Bedankt voor uw antwoord.

Merci pour ta réponse.

Weet je het antwoord?

Connaissez-vous la réponse ?

Is mijn antwoord juist?

Ma réponse est-elle bonne ?

Zijn antwoord was negatief.

Sa réponse fut négative.

Het antwoord maakte mij boos.

La réponse m'irrita.

Wat is het juiste antwoord?

Quelle est la bonne réponse ?

Wat voor een oppervlakkig antwoord!

Quelle réponse superficielle !

Dit antwoord maakte hem woedend.

Cette réponse le mit en colère.

Niemand kon het juiste antwoord geven.

Personne n'a trouvé la bonne réponse.

Ik weiger antwoord te geven op zo'n domme vraag.

Je refuse de répondre à une question aussi stupide.

Als ik geen antwoord gaf zou ik niet gesproken hebben.

Si je n’avais donné aucune réponse, je n'aurais pas parlé.

Wat voor een vraag is dat? Verwacht je echt dat ik daar antwoord op geef?

Quel genre de question est-ce là ? Espérez-vous vraiment que je réponde à ça ?


Gerelateerd aan antwoord

synoniemen

bescheid - wederwoord - weerwoord - antwoorden - antwoorden op - beantwoorden - verantwoorden