Vertaling van baden

Inhoud:

Nederlands
Frans
baden, een bad nemen {ww.}
se baigner 
Het is gevaarlijk om te baden in deze rivier.
Il est dangereux de se baigner dans cette rivière.
Baden [o] {eigenn.}
Bade [m]
drijven, zwemmen, baden {ww.}
nager 
se baigner

wij baden
jullie baden
zij baden

nous nageons
vous nagez
ils/elles nagent
» meer vervoegingen van nager

Het is gevaarlijk om in die rivier te zwemmen.
Il est dangereux de se baigner dans ce fleuve.
Ik hou van zwemmen.
J'aime nager.
bidden {ww.}
prier 

wij baden
jullie baden
zij baden

nous priions
vous priiez
ils/elles priaient
» meer vervoegingen van prier

bezweren, bidden, smeken {ww.}
solliciter 
implorer 

wij baden
jullie baden
zij baden

nous sollicitions
vous sollicitiez
ils/elles sollicitaient
» meer vervoegingen van solliciter

bad (mv. baden) [o], badkuip [v] {zn.}
bain  [m] (le ~)
baignoire  [v] (la ~)
Ik neem bijna elke dag een bad.
Je prends un bain la plupart du temps chaque jour.
Tijd voor een heet bad, en dan is het bedtijd.
Un bain chaud et ensuite, au lit.
bad (mv. baden) [o] {zn.}
bain  [v] (la ~)
Het bad was niet warm genoeg dus kon ik er niet van genieten.
Le bain n'était pas assez chaud et je n'ai pas pu l'apprécier.


Gerelateerd aan baden

een bad nemen - Baden - drijven - zwemmen - bidden - bezweren - smeken - bad - badkuip