Vertaling van been

Inhoud:

Nederlands
Frans
been [o], onderbeen [o], poot [m] {zn.}
jambe  [v] (la ~)
De soldaat was gewond aan het been.
Le soldat fut blessé à la jambe.
Zijn gewonde been begon opnieuw te bloeden.
Sa jambe blessée se mit à saigner de nouveau.
been [o], bot [o], knok [m], schonk [v], graat [v] {zn.}
os  [m] (l' ~)
Hij gaf de hond een bot.
Il donna un os au chien.


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Frans

De soldaat was gewond aan het been.

Le soldat fut blessé à la jambe.

Zijn gewonde been begon opnieuw te bloeden.

Sa jambe blessée se mit à saigner de nouveau.

Hij heeft een ongeluk gehad en heeft een been gebroken.

Il eut un accident et se fractura la jambe.

Hij heeft een ongeluk gehad en zijn been gebroken.

Il a eu un accident et s’est cassé la jambe.


Gerelateerd aan been

onderbeen - poot - bot - knok - schonk - graat