Vertaling van beoefenen
Inhoud:
Nederlands
Frans
wij beoefenen
jullie beoefenen
zij beoefenen
nous pratiquons
vous pratiquez
ils/elles pratiquent
» meer vervoegingen van pratiquer
wij beoefenen
jullie beoefenen
zij beoefenen
nous pratiquons
vous pratiquez
ils/elles pratiquent
» meer vervoegingen van pratiquer