Vertaling van bijbel

Inhoud:

Nederlands
Frans
testament [o] (het ~), Schrift [m] (de ~), bijbel [m] (de ~), Bijbel [m] {zn.}
Bible [v]
Ecriture sainte [v]
Wie heeft de bijbel geschreven?
Qui a écrit la Bible ?
Volgens de bijbel schiep God de wereld in zes dagen.
D'après la Bible, Dieu créa la Terre en six jours.
godswoord, orakelspreuk, Bijbel [m] {zn.}
Bible [v]
Ecriture sainte [v]
"Heb uw naaste lief als uzelf" is een citaat uit de Bijbel.
«Tu aimeras ton prochain comme toi-même » est une citation de la Bible.
De Bijbel draagt ons op om onze naasten én onze vijanden lief te hebben; waarschijnlijk omdat dat in het algemeen dezelfde personen zijn.
La Bible nous dit d'aimer nos voisins, et aussi d'aimer nos ennemis; probablement parce qu'il s'agit en général des mêmes personnes.


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Frans

Wie heeft de bijbel geschreven?

Qui a écrit la Bible ?

Volgens de bijbel schiep God de wereld in zes dagen.

D'après la Bible, Dieu créa la Terre en six jours.

"Heb uw naaste lief als uzelf" is een citaat uit de Bijbel.

«Tu aimeras ton prochain comme toi-même » est une citation de la Bible.

De Bijbel draagt ons op om onze naasten én onze vijanden lief te hebben; waarschijnlijk omdat dat in het algemeen dezelfde personen zijn.

La Bible nous dit d'aimer nos voisins, et aussi d'aimer nos ennemis; probablement parce qu'il s'agit en général des mêmes personnes.


Gerelateerd aan bijbel

testament - Schrift - Bijbel - godswoord - orakelspreukPentateuch