Vertaling van bouwen
Inhoud:
Nederlands
Frans
bouwen, opbouwen, timmeren {ww.}
charpenter
wij bouwen
jullie bouwen
zij bouwen
nous charpentons
vous charpentez
ils/elles charpentent
» meer vervoegingen van charpenter
wij bouwen
jullie bouwen
zij bouwen
nous construisons
vous construisez
ils/elles construisent
» meer vervoegingen van construire
Ons bedrijf is van plan een nieuwe chemische fabriek te bouwen in Rusland.
Notre entreprise a le projet de construire une nouvelle usine chimique en Russie.
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Frans
Ons bedrijf is van plan een nieuwe chemische fabriek te bouwen in Rusland.
Notre entreprise a le projet de construire une nouvelle usine chimique en Russie.
Die vogels bouwen in de zomer hun nest en vliegen in de winter naar het zuiden.
Cette race d'oiseau construit son nid en été, et migre vers le sud à l'approche de l'hiver.