Vertaling van dank

Inhoud:

Nederlands
Frans
dank [m], dankzegging [v] {zn.}
remerciement  [m] (le ~)
danken, bedanken, dank betuigen, te danken hebben {ww.}
remercier 

ik dank

je remercie
» meer vervoegingen van remercier

Ik kan hem niet genoeg bedanken.
Je ne saurais assez le remercier.
Ik kan hem niet genoeg bedanken.
Je ne saurais assez le remercier.


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Frans

Ik dank u.

Je te remercie.

Dank je wel!

Merci !

Nee, dank u.

Non, merci.

Dank u, meneer.

Merci, Monsieur.

Nee, dank u.

Non, merci.

Dank je wel!

Merci !

Bij voorbaat dank.

En vous remerciant par avance.

Dank u voor uw moeite.

Merci pour ta peine.

Dank je, dat is alles.

Merci, c'est tout.

Dank je voor het cadeau.

Merci pour le cadeau.

Ik ben in orde, dank je.

Je vais bien, merci.

Ik dank u voor uw vriendelijkheid.

Je vous suis reconnaissant de votre gentillesse.

Goed, dank u. En met u?

Bien, merci. Et vous ?

Ik ben in orde, dank je.

Je vais bien, merci.

Dank je wel!

Merci (beaucoup)!


Gerelateerd aan dank

dankzegging - danken - bedanken - dank betuigen - te danken hebben