Vertaling van dichtbij

Inhoud:

Nederlands
Frans
dichtbij, nabij, vlakbij {bw.}
auprès 
près 
aan, bij, dichtbij, naast, nabij {vz.}
près de 
à 


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Frans

Dichtbij

Près

De stoel is niet dichtbij het raam.

La chaise n'est pas près de la fenêtre.

Haar huis is dichtbij de zee.

Sa maison est proche de la mer.

Het is hier dichtbij

C'est près d'ici

Soms ga ik lopend naar het werk en soms op de fiets, want ik woon heel dichtbij mijn werk.

Je vais parfois à pied au travail, d'autres fois j'y vais en vélo, car mon service est près de chez moi.


Gerelateerd aan dichtbij

nabij - vlakbij - aan - bij - naast