Vertaling van doorbreken

Inhoud:

Nederlands
Frans
breken, afbreken, doorbreken, schenden, stukbreken, verbreken {ww.}
rompre 
violer 
briser 

wij doorbreken
jullie doorbreken
zij doorbreken

nous rompons
vous rompez
ils/elles rompent
» meer vervoegingen van rompre



Gerelateerd aan doorbreken

breken - afbreken - schenden - stukbreken - verbreken