Vertaling van geslacht

Inhoud:

Nederlands
Frans
geslacht [o], huis [o], pand [o], familie [v] {zn.}
maison  [v] (la ~)
Dit is hun huis.
C'est leur maison.
Dit is haar huis.
C'est sa maison.
slacht, geslacht [o] {zn.}
abattis [m] (l' ~)
sexe [v], geslacht [o], kunne {zn.}
sexe  [m] (le ~)
generatie [v], geslacht [o] {zn.}
génération  [v] (la ~)
Ze werd slechts een generatie voorbij slavernij geboren; in een tijd toen er geen auto's op de weg reden en geen vliegtuigen in de lucht vlogen; toen iemand als zij om…
Elle est née dans une génération juste après l'esclavage ; à une époque où il n'y avait ni voitures sur la routes ni avions dans le ciel ; à une époque o…
klasse [v], geslacht [o], woordgeslacht {zn.}
genre  [m] (le ~)
slachten, afslachten {ww.}
abattre 

Gerelateerd aan geslacht

huis - pand - familie - slacht - sexe - kunne - generatie - klasse - woordgeslacht - slachten - afslachten