Vertaling van onderwerpen

Inhoud:

Nederlands

Frans

knechten, onderwerpen {ww.}

soumettre

wij onderwerpen
jullie onderwerpen
zij onderwerpen

nous soumettons
vous soumettez
ils/elles soumettent
» meer vervoegingen van soumettre

apropos [o], onderwerp (mv. onderwerpen), stof, thema {zn.}

sujet  [m] (le ~)
thème  [m] (le ~)
composition  [v] (la ~)

Ons thema van de week is: _____.

Notre thème de la semaine est : _____.

Je vraagt heeft niks met het onderwerp te maken.

Votre question ne se réfère pas au sujet.

ding [o], mikpunt, object, onderwerp (mv. onderwerpen), voorwerp {zn.}

chose [v] (la ~)
objet [m] (l' ~)

Weten is één ding, het ook doen is heel wat anders.

Le savoir c’est une chose, le faire c’en est une autre.

Een taal spreken is één ding, maar iemand een taal leren is iets helemaal anders.

Connaître une langue est une chose, l'enseigner en est une autre.

onderwerp (mv. onderwerpen), stof, subject {zn.}

sujet [m] (le ~)

Er zijn heel wat boeken over het onderwerp.

Il y a des tas de livres sur le sujet.