Vertaling van opzetten
ik zal opzetten
jij zult opzetten
hij/zij/het zal opzetten
je hérisserai
tu hérisseras
il/elle hérissera
» meer vervoegingen van hérisser
ik zal opzetten
jij zult opzetten
hij/zij/het zal opzetten
je gonflerai
tu gonfleras
il/elle gonflera
» meer vervoegingen van gonfler
ik zal opzetten
jij zult opzetten
hij/zij/het zal opzetten
je déploierai
tu déploieras
il/elle déploiera
» meer vervoegingen van déployer
ik zal opzetten
jij zult opzetten
hij/zij/het zal opzetten
je rembourrerai
tu rembourreras
il/elle rembourrera
» meer vervoegingen van rembourrer
Voorbeelden in zinsverband
Men moet een helm opzetten om het hoofd te beschermen.
On doit mettre un casque pour se protéger la tête.
Misschien moet jij dan een mondkapje opzetten.
Tu devrais peut-être porter un masque.
Zou je eens niet een andere plaat willen opzetten? We luisteren al gedurende twee uren naar deze hier.
Tu ne veux pas mettre un autre disque ? On écoute celui-là depuis deux heures.