Vertaling van plas

Inhoud:

Nederlands
Frans
plas [m] {zn.}
flaque  [m] (le ~)
plas [m] {zn.}
mare  [v] (la ~)
meer [o], plas [m], waterplas [m] {zn.}
lac  [m] (le ~)
Hoe diep is het meer?
Quelle est la profondeur du lac ?
Hoe diep is het meer?
Quelle est la profondeur de ce lac ?
kolk [m], vijver [m], waterplas [m], plas {zn.}
étang  [m] (le ~)
een plas doen, piesen, pissen, urineren, plassen {ww.}
pisser 
uriner 
faire pipi 

ik plas

je pisse
» meer vervoegingen van pisser

kabbelen, klapperen, klotsen, plassen, plonzen {ww.}
clapoter 
barboter 

ik plas

je clapote
» meer vervoegingen van clapoter

flodderen, plassen, waden {ww.}
patauger 
marcher dans l'eau


Gerelateerd aan plas

meer - waterplas - kolk - vijver - een plas doen - piesen - pissen - urineren - plassen - kabbelen - klapperen - klotsen - plonzen - flodderen - waden