Vertaling van plek

Inhoud:

Nederlands
Frans
lokaal, plaats [v], plek, oord {zn.}
place  [v] (la ~)
local  [m] (le ~)
De middeleeuwen maakten plaats voor de renaissance.
L'époque médiévale fit place à la Renaissance.
Wat zoudt ge doen in mijn plaats?
Que feriez-vous à ma place ?
klad, klak, moet, mop, plek, smet, vlek {zn.}
tache  [v] (la ~)


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Frans

Tom heeft een kale plek.

Tom a une tonsure.

Er bestaat niet één veilige plek meer in Japan.

Il n'y a plus un seul endroit sécuritaire au Japon.


Gerelateerd aan plek

lokaal - plaats - oord - klad - klak - moet - mop - smet - vlek