Vertaling van scholen

Inhoud:

Nederlands

Frans

bijbrengen, instrueren, leren, scholen {ww.}

apprendre
instruire
enseigner

wij scholen
jullie scholen
zij scholen

nous apprenons
vous apprenez
ils/elles apprennent
» meer vervoegingen van apprendre

Ik wil leren zwemmen.

Je veux apprendre à nager.

Ik wil graag Frans leren.

Je veux apprendre le français.

drift [v], groep, hoop, kudde, schare, school (mv. scholen), set, stel, troep, zwerm, vlucht {zn.}

bande  [v] (la ~)
ensemble  [m] (l' ~)
troupe  [v] (la ~)
collection  [v] (la ~)

school (mv. scholen) [v], leerschool [v] {zn.}

école [v] (la ~)

Dat is onze school.

C'est notre école.

Waar is je school?

Où est ton école ?

kunstrichting [v], school (mv. scholen) {zn.}

école [v] (la ~)

Dat is mijn school.

C'est mon école.

Onze school is afgebrand.

Notre école a brûlé.

Nederlands

Frans

In Europa beginnen de scholen in september.

Les cours commencent en septembre en Europe.

Je kan niet alles van de scholen verwachten.

On ne peut pas tout attendre des écoles.