Vertaling van schreeuwen

Inhoud:

Nederlands
Frans
balken, blaten, brullen, grommen, hinniken, loeien, schreeuwen {ww.}
hurler 
crier 

wij schreeuwen
jullie schreeuwen
zij schreeuwen

nous hurlons
vous hurlez
ils/elles hurlent
» meer vervoegingen van hurler

Ik hoorde een vrouw schreeuwen.
J'ai entendu crier une femme.
Ze begon te schreeuwen, en ik liep weg.
Ella a commencé à hurler, et je me suis enfui.
gieren, joelen, roepen, schreeuwen {ww.}
crier 

wij schreeuwen
jullie schreeuwen
zij schreeuwen

nous crions
vous criez
ils/elles crient
» meer vervoegingen van crier

kreet, roep, schreeuw (mv. schreeuwen) {zn.}
cri  [m] (le ~)
gil, krijs, schreeuw (mv. schreeuwen) {zn.}
clameur  [v] (la ~)


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Frans

Ik hoorde een vrouw schreeuwen.

J'ai entendu crier une femme.

Ze begon te schreeuwen, en ik liep weg.

Ella a commencé à hurler, et je me suis enfui.


Gerelateerd aan schreeuwen

balken - blaten - brullen - grommen - hinniken - loeien - gieren - joelen - roepen - kreet - roep - schreeuw - gil - krijs