Vertaling van schrijven
wij schrijven
jullie schrijven
zij schrijven
nous écrivons
vous écrivez
ils/elles écrivent
» meer vervoegingen van écrire
wij schrijven
jullie schrijven
zij schrijven
nous écrivons
vous écrivez
ils/elles écrivent
» meer vervoegingen van écrire
Voorbeelden in zinsverband
Moet ik een brief schrijven?
Dois-je écrire une lettre ?
Hij zal een brief schrijven.
Il écrira une lettre.
Ik moet een brief schrijven.
Je dois écrire une lettre.
Iedereen kan zijn eigen naam schrijven.
Tout un chacun sait écrire son propre nom.
We zijn het verslag aan het schrijven.
Nous sommes en train de rédiger le rapport.
Hij kan nauwelijks zijn naam schrijven.
Il arrive difficilement à écrire son nom.
Ze kan niet lezen of schrijven.
Elle ne peut ni écrire ni lire.
Ik ben een brief aan het schrijven.
Je suis en train d'écrire une lettre.
Ik ga morgen een brief schrijven.
Je vais écrire une lettre demain.
Ik wil niet schrijven met deze pen.
Je ne veux pas écrire avec ce stylo.
Ik kan nog steeds niet goed Chinees schrijven.
Je n'écris toujours pas bien le chinois.
Schrijven is een slaap nog dieper dan de dood.
Écrire est un sommeil plus profond que la mort.
Hij nam zijn pen en begon te schrijven.
Il prit son crayon et se mit à écrire.
De meeste mensen schrijven over hun dagelijks leven.
La plupart des gens écrivent à propos de leur vie quotidienne.
Hij kan het Russisch zowel spreken als schrijven.
Il sait parler et écrire le russe.