Vertaling van smoken

Inhoud:

Nederlands
Frans
roken, smoken {ww.}
fumer 

wij smoken
jullie smoken
zij smoken

nous fumons
vous fumez
ils/elles fument
» meer vervoegingen van fumer

Ik ben gestopt met roken.
J'ai arrêté de fumer.
Roken is toegestaan.
Il est permis de fumer.


Gerelateerd aan smoken

roken