Vertaling van snoer

Inhoud:

Nederlands
Frans
koord [o], lijn [v], snoer [o], touw [o], koorde {zn.}
corde  [v] (la ~)
Hij liet het touw los.
Il lâcha la corde.
Laat het touw niet los.
Ne lâche pas la corde.


Gerelateerd aan snoer

koord - lijn - touw - koorde