Vertaling van toucheren

Inhoud:

Nederlands
Frans
aankomen, raken, aanraken, beroeren, toucheren {ww.}
toucher 

wij toucheren
jullie toucheren
zij toucheren

nous touchons
vous touchez
ils/elles touchent
» meer vervoegingen van toucher

Ik kan makkelijk mijn tenen aanraken.
Je peux facilement toucher mes orteils.
genieten, krijgen, ontvangen, toucheren {ww.}
recevoir 
accueillir 

wij toucheren
jullie toucheren
zij toucheren

nous recevons
vous recevez
ils/elles reçoivent
» meer vervoegingen van recevoir

Ik heb zojuist uw brief ontvangen.
Je viens de recevoir votre lettre.


Gerelateerd aan toucheren

aankomen - raken - aanraken - beroeren - genieten - krijgen - ontvangen