Vertaling van tuit
Inhoud:
Nederlands
Frans
tuit, mondstuk, sproeier {zn.}
gicleur
ajutage
ajutage
ik tuit
jij tuit
hij/zij/het tuit
je ronronne
tu ronronnes
il/elle ronronne
» meer vervoegingen van ronronner
ik tuit
jij tuit
hij/zij/het tuit
je ronronne
tu ronronnes
il/elle ronronne
» meer vervoegingen van ronronner