Vertaling van uitkomen

Inhoud:

Nederlands
Frans
opdagen, opdraven, te voorschijn komen, uitkomen, verschijnen {ww.}
apparaître 
surgir 
paraître 

ik zal uitkomen
jij zult uitkomen
hij/zij/het zal uitkomen

j'apparaîtrai
tu apparaîtras
il/elle apparaîtra
» meer vervoegingen van apparaître

Er zijn mensen in de wereld die zo'n honger hebben, dat God alleen in de vorm van brood aan hen kan verschijnen.
Il y a des gens dans le monde si affamés que Dieu ne peut pas leur apparaître, sauf sous forme de pain.
uitgaan, uitkomen, uitlopen, uitstappen, uitstijgen, uittreden {ww.}
sorter
donner 
aboutir 
descendre 

ik zal uitkomen
jij zult uitkomen
hij/zij/het zal uitkomen

je donnerai
tu donneras
il/elle donnera
» meer vervoegingen van donner

gelegen komen, passen, schikken, uitkomen, voegen, betamen {ww.}
convenir 

ik zal uitkomen
jij zult uitkomen
hij/zij/het zal uitkomen

je conviendrai
tu conviendras
il/elle conviendra
» meer vervoegingen van convenir

resulteren, uitkomen, volgen, voortkomen, voortspruiten, voortvloeien {ww.}
aboutir 
résulter 

ik zal uitkomen
jij zult uitkomen
hij/zij/het zal uitkomen

je résulterai
tu résulteras
il/elle résultera
» meer vervoegingen van résulter