Vertaling van uitschelden

Inhoud:

Nederlands
Frans
uitschelden {ww.}
offenser

ik zal uitschelden
jij zult uitschelden
hij/zij/het zal uitschelden

j'offenserai
tu offenseras
il/elle offensera
» meer vervoegingen van offenser

beledigen, grieven, krenken, verongelijken, uitschelden {ww.}
offenser 

ik zal uitschelden
jij zult uitschelden
hij/zij/het zal uitschelden

j'offenserai
tu offenseras
il/elle offensera
» meer vervoegingen van offenser



Gerelateerd aan uitschelden

beledigen - grieven - krenken - verongelijken