Vertaling van vastleggen

Inhoud:

Nederlands

Frans

aanbinden, meren, onderbinden, tuigeren, vastbinden, vastleggen {ww.}

lier
attacher

ik zal vastleggen
jij zult vastleggen
hij/zij/het zal vastleggen

je lierai
tu lieras
il/elle liera
» meer vervoegingen van lier

aantekenen, boeken, registreren, vastleggen {ww.}

enregistrer

ik zal vastleggen
jij zult vastleggen
hij/zij/het zal vastleggen

j'enregistrerai
tu enregistreras
il/elle enregistrera
» meer vervoegingen van enregistrer

We kunnen het verleden en het heden registreren.

Nous pouvons enregistrer le passé et le présent.