Vertaling van vatten

Inhoud:

Nederlands
Frans
aanvatten, nemen, oprapen, pakken, vatten {ww.}
prendre 

wij vatten
jullie vatten
zij vatten

nous prenons
vous prenez
ils/elles prennent
» meer vervoegingen van prendre

Ik zal deze paraplu nemen.
Je vais prendre ce parapluie.
Je moet de koe bij de horens vatten.
Tu dois prendre le taureau par les cornes.
begrijpen, beseffen, bevatten, snappen, vatten, verstaan {ww.}
comprendre 

wij vatten
jullie vatten
zij vatten

nous comprenons
vous comprenez
ils/elles comprennent
» meer vervoegingen van comprendre

Niemand kan hem begrijpen.
Personne ne peut le comprendre.
Niemand kan het verstaan.
Personne ne peut le comprendre.
beetkrijgen, beetnemen, pakken, vangen, vastpakken, vatten {ww.}
capturer 
saisir 
attraper 

wij vatten
jullie vatten
zij vatten

nous capturons
vous capturez
ils/elles capturent
» meer vervoegingen van capturer