Vertaling van vergaderen
Inhoud:
Nederlands
Frans
wij vergaderen
jullie vergaderen
zij vergaderen
nous siégeons
vous siégez
ils/elles siègent
» meer vervoegingen van siéger
verzamelen, bijeenbrengen, bijeengaren, bijeenkrijgen, rapen, samenbrengen, verenigen, vergaren, paren, vergaderen, accumuleren, ophopen, opeenhopen {ww.}
wij vergaderen
jullie vergaderen
zij vergaderen
nous accumulons
vous accumulez
ils/elles accumulent
» meer vervoegingen van accumuler
afhalen, meebrengen, meenemen, vergaderen, medenemen, medebrengen {ww.}
wij vergaderen
jullie vergaderen
zij vergaderen
nous emmenons
vous emmenez
ils/elles emmènent
» meer vervoegingen van emmener
Je mag wie je maar wilt meenemen.
Vous pouvez emmener qui vous voulez.
wij vergaderen
jullie vergaderen
zij vergaderen
nous réunissons
vous réunissez
ils/elles réunissent
» meer vervoegingen van réunir