Vertaling van werkelijk

Inhoud:

Nederlands
Frans
inderdaad, metterdaad, waarachtig, waarlijk, warempel, werkelijk {bw.}
en réalité 
reëel, werkelijk, daadwerkelijk, wezenlijk {bn.}
réel 
echt, werkelijk, wezenlijk {bw.}
en réalité 
réellement 
echt, inderdaad, naar waarheid, waarachtig, waarlijk, werkelijk {bw.}
en fait 
en vérité 
vraiment 
bien 
effectief, werkelijk, daadwerkelijk {bn.}
effectif 


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Frans

Het spijt me werkelijk.

Je suis vraiment désolée.

Hou je werkelijk van mij?

M'aimes-tu vraiment ?

Ze is werkelijk een heks!

C'est vraiment une sorcière !