Vertaling van berekenen

Inhoud:

Nederlands
Italiaans
calculeren, rekenen, berekenen, tellen, uitrekenen {ww.}
calcolare

wij berekenen
jullie berekenen
zij berekenen

noi calcoliamo
voi/Voi calcolate
loro/Loro calcolano
» meer vervoegingen van calcolare



Gerelateerd aan berekenen

calculeren - rekenen - tellen - uitrekenen