Vertaling van breken

Inhoud:

Nederlands
Italiaans
breken, afbreken, knappen, uitraken, stukgaan {ww.}
rompersi
breken, afbreken, doorbreken, schenden, stukbreken, verbreken {ww.}
spezzare
rompere

wij breken
jullie breken
zij breken

noi spezziamo
voi/Voi spezzate
loro/Loro spezzano
» meer vervoegingen van spezzare



Gerelateerd aan breken

afbreken - knappen - uitraken - stukgaan - doorbreken - schenden - stukbreken - verbreken