Vertaling van buurt

Inhoud:

Nederlands
Italiaans
buurt [v], wijk, stadswijk {zn.}
distretto
circondario


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Italiaans

Mijn appartement is in de buurt.

Il mio appartamento è qui vicino.

Hij kwam in mijn buurt wonen.

Lui si trasferì nel mio quartiere.

Mijn oom woont in de buurt van de school.

Mio zio abita vicino alla scuola.

We wonen in de buurt van een grote bibliotheek.

Abitiamo vicino a una grande biblioteca.

Ik ben in de buurt van de statie.

Io sono vicino alla stazione.

Is er hier een McDonald's in de buurt?

C'è un McDonald's qua vicino?

We wonen in de buurt van de grens.

Abitiamo vicino alla frontiera.

Is er een bank in de buurt van het station?

C'è una banca vicino alla stazione?

Dat soort dingen moet je niet zeggen als er kinderen in de buurt zijn.

Non si dovrebbero dire cose di questo genere quando dei bambini sono nelle vicinanze.


Gerelateerd aan buurt

wijk - stadswijk