Vertaling van dragen
Inhoud:
Nederlands
Italiaans
dragen, schoren, steunen, ondersteunen, ruggesteunen, schragen {ww.}
appoggiare
sostenere
poggiare
sostenere
poggiare
wij dragen
jullie dragen
zij dragen
noi appoggiamo
voi/Voi appoggiate
loro/Loro appoggiano
» meer vervoegingen van appoggiare
aanhebben, dragen, ophebben, voorhebben {ww.}
portare
wij dragen
jullie dragen
zij dragen
noi portiamo
voi/Voi portate
loro/Loro portano
» meer vervoegingen van portare
Ik kan deze koffer niet zelf dragen.
Non riesco a portare questa valigia da sola.
brengen, dragen, voeren, voorhebben {ww.}
portare
wij dragen
jullie dragen
zij dragen
noi portiamo
voi/Voi portate
loro/Loro portano
» meer vervoegingen van portare
Ik moet vandaag de kat naar de dierenarts brengen.
Devo portare il gatto dal veterinario oggi.
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Italiaans
We moeten een uniform dragen op school.
Dobbiamo indossare l'uniforma scolastica a scuola.
Ik kan deze koffer niet zelf dragen.
Non riesco a portare questa valigia da sola.
We zijn het gewend om schoenen te dragen.
Noi siamo abituate a indossare delle scarpe.