Vertaling van gauw
Inhoud:
Nederlands
Italiaans
gauw, hard, in allerijl, schielijk, snel, vlug {bw.}
presto
alras, dra, gauw, haast, spoedig, weldra, welhaast, binnenkort {bw.}
fra poco
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Italiaans
Een belofte is gauw vergeten.
Una promessa è dimenticata velocemente.
Ik bleef mezelf voorhouden dat het allemaal gauw voorbij zou zijn.
Ho continuato a ripetermi che tutto sarebbe finito presto.