Vertaling van hebben

Inhoud:

Nederlands
Italiaans
hebben, erop nahouden {ww.}
avere

wij hebben
jullie hebben
zij hebben

noi abbiamo
voi/Voi avete
loro/Loro hanno
» meer vervoegingen van avere

Nou, je zou gelijk kunnen hebben.
Beh, potrebbe avere ragione.
Niet willen is hetzelfde als hebben.
Non desiderare è lo stesso che avere.


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Italiaans

Hebben jullie geen dorst?

Non hai sete?

Wij hebben genoeg tijd.

Abbiamo abbastanza tempo.

We hebben geen suiker.

Non abbiamo zucchero.

We hebben geen suiker.

Non abbiamo zucchero.

We hebben twee oren.

Noi abbiamo due orecchie.

Vogels hebben vleugels.

Gli uccelli hanno le ali.

We hebben gisteren gehonkbald.

Ieri abbiamo giocato a baseball.

We hebben twee kinderen.

Abbiamo due figli.

Japanners hebben donkere ogen.

I giapponesi hanno gli occhi scuri.

We hebben honger.

Abbiamo fame.

We hebben het heet.

Abbiamo caldo.

Waarom hebben koala's geen navel?

Perché i koala non hanno un ombelico?

Dat zou ik gezegd hebben.

Questo è ciò che avrei detto.

Waar hebben jullie over gesproken?

Di che avete parlato?

Dan hebben we een probleem...

Allora c'è un problema...


Gerelateerd aan hebben

erop nahouden