Vertaling van infecteren
Inhoud:
Nederlands
Italiaans
aansteken, besmetten, infecteren {ww.}
infettare
wij infecteren
jullie infecteren
zij infecteren
noi infettiamo
voi/Voi infettate
loro/Loro infettano
» meer vervoegingen van infettare
aansteken, besmetten, infecteren, verpesten {ww.}
infettare
wij infecteren
jullie infecteren
zij infecteren
noi infettiamo
voi/Voi infettate
loro/Loro infettano
» meer vervoegingen van infettare