Vertaling van kust

Inhoud:

Nederlands
Italiaans
kust [v], kustlijn [v], zeekust [v] {zn.}
costa
boord [m], kant [m], kust [v], oever [m], wal [m], waterkant [m] {zn.}
bordo
Hij is aan boord van het schip.
Lui è a bordo della nave.
kussen, zoenen {ww.}
baciare

jij kust
hij/zij/het kust

tu baci
lui/lei/Lei bacia
» meer vervoegingen van baciare



Gerelateerd aan kust

kustlijn - zeekust - boord - kant - oever - wal - waterkant - kussen - zoenen