Vertaling van nou
Inhoud:
Nederlands
Italiaans
nou, nu, tegenwoordig, thans {bw.}
adesso
enfin, nou, wel, welaan, welnu, zo {tw}
bene
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Italiaans
En wat doen we nou?
E ora cosa facciamo?
Wat kan er nou misgaan?
Che cosa potrebbe andar male?
Eh, nou is het echt raar...
Oh, ora è davvero strano...
Nou, je zou gelijk kunnen hebben.
Beh, potrebbe avere ragione.