Vertaling van prikkelen

Inhoud:

Nederlands
Italiaans
aanporren, aansporen, aanvuren, prikkelen, stimuleren, zwepen {ww.}
stimolare

wij prikkelen
jullie prikkelen
zij prikkelen

noi stimoliamo
voi/Voi stimolate
loro/Loro stimolano
» meer vervoegingen van stimolare

agaceren, irriteren, prikkelen {ww.}
irritare

wij prikkelen
jullie prikkelen
zij prikkelen

noi irritiamo
voi/Voi irritate
loro/Loro irritano
» meer vervoegingen van irritare

aanstoken, irriteren, ophitsen, op stang jagen, prikkelen, sarren {ww.}
spronare
incitare

wij prikkelen
jullie prikkelen
zij prikkelen

noi sproniamo
voi/Voi spronate
loro/Loro spronano
» meer vervoegingen van spronare



Gerelateerd aan prikkelen

aanporren - aansporen - aanvuren - stimuleren - zwepen - agaceren - irriteren - aanstoken - ophitsen - op stang jagen - sarren