Vertaling van resideren
Inhoud:
Nederlands
Italiaans
gevestigd zijn, huizen, resideren, wonen {ww.}
dimorare
stare
abitare
stare
abitare
wij resideren
jullie resideren
zij resideren
noi dimoriamo
voi/Voi dimorate
loro/Loro dimorano
» meer vervoegingen van dimorare