Vertaling van snugger
Inhoud:
Nederlands
Italiaans
slim, bekeken, clever, gis, kien, pienter, snugger, bijtend, doordringend, fel, guur, schel, scherp, schril, snerpend {bn.}
acuto
affilato
aguzzo
appuntito
aspro
piccante
tagliente
acre
acuta
affilato
aguzzo
appuntito
aspro
piccante
tagliente
acre
acuta