Vertaling van spel

Inhoud:

Nederlands
Italiaans
spel {zn.}
gioco [m]
Het spel werd spannend.
Il gioco diventò emozionante.
Hij staat erop nog een spel te spelen.
Lui insiste per giocare a un altro gioco.
spellen {ww.}
compitare

ik spel

io compito
» meer vervoegingen van compitare



Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Italiaans

Laat het spel beginnen!

Ora cominciamo la partita.

Het spel werd spannend.

Il gioco diventò emozionante.

Hoe spel je je naam?

Come si scrive il suo nome?

Hij staat erop nog een spel te spelen.

Lui insiste per giocare a un altro gioco.

Hoe spel je jouw achternaam?

Come si scrive il tuo cognome?


Gerelateerd aan spel

spellen