Vertaling van tegenspreken
Inhoud:
Nederlands
Italiaans
in tegenspraak zijn met, tegenspreken, tegenwerpen {ww.}
contraddire
ik zal tegenspreken
jij zult tegenspreken
hij/zij/het zal tegenspreken
io contraddirò
tu contraddirai
lui/lei/Lei contraddirà
» meer vervoegingen van contraddire
aanvechten, bestrijden, betwisten, tegenspreken {ww.}
disputare
contestare
contestare
ik zal tegenspreken
jij zult tegenspreken
hij/zij/het zal tegenspreken
io disputerò
tu disputerai
lui/lei/Lei disputerà
» meer vervoegingen van disputare