Vertaling van uitbreiden
Inhoud:
Nederlands
Italiaans
oprekken, uitbreiden, uitleggen, verruimen, verwijden {ww.}
ingrandire
ik zal uitbreiden
jij zult uitbreiden
hij/zij/het zal uitbreiden
io ingrandirò
tu ingrandirai
lui/lei/Lei ingrandirà
» meer vervoegingen van ingrandire
uitbouwen, uitbreiden, vergroten {ww.}
ingrandire
ik zal uitbreiden
jij zult uitbreiden
hij/zij/het zal uitbreiden
io ingrandirò
tu ingrandirai
lui/lei/Lei ingrandirà
» meer vervoegingen van ingrandire