Vertaling van uitdoen

Inhoud:

Nederlands
Italiaans
blussen, doven, uitblussen, uitdoen, uitdoven, uitmaken {ww.}
spegnere
spengere

ik zal uitdoen
jij zult uitdoen
hij/zij/het zal uitdoen

io spegnerò
tu spegnerai
lui/lei/Lei spegnerà
» meer vervoegingen van spegnere

Kan je het licht uitdoen?
Potreste spegnere le luci?
afdoen, afleggen, afzetten, uitdoen, uitkrijgen, uittrekken {ww.}
togliere

ik zal uitdoen
jij zult uitdoen
hij/zij/het zal uitdoen

io toglierò
tu toglierai
lui/lei/Lei toglierà
» meer vervoegingen van togliere



Gerelateerd aan uitdoen

blussen - doven - uitblussen - uitdoven - uitmaken - afdoen - afleggen - afzetten - uitkrijgen - uittrekken