Vertaling van varen

Inhoud:

Nederlands
Italiaans
gaan, karren, rijden, varen {ww.}
camminare

wij varen
jullie varen
zij varen

noi camminiamo
voi/Voi camminate
loro/Loro camminano
» meer vervoegingen van camminare



Gerelateerd aan varen

gaan - karren - rijden