Vertaling van werkelijk
Inhoud:
Nederlands
Italiaans
reëel, werkelijk, daadwerkelijk, wezenlijk {bn.}
reale
echt, inderdaad, naar waarheid, waarachtig, waarlijk, werkelijk {bw.}
davvero
infatti
infatti
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Italiaans
Hou je werkelijk van mij?
Mi ami davvero?
Ze is werkelijk een heks!
Lei è una vera strega!