Vertaling van happen
Inhoud:
Nederlands
Nederlands
happen {ww.}
happen {ww.}
ik hap
jij hapt
hij/zij/het hapt
ik hap
jij hapt
hij/zij/het hapt
» meer vervoegingen van happen
bijten, knauwen, happen, beitsen {ww.}
bijten
knauwen
happen
beitsen {ww.}
knauwen
happen
beitsen {ww.}
ik beits
jij beitst
hij/zij/het beitst
ik bijt
jij bijt
hij/zij/het bijt
» meer vervoegingen van bijten
Blaffende honden bijten niet.
Blaffende honden bijten niet.
Blaffende honden bijten niet
Blaffende honden bijten niet
happen {ww.}
happen {ww.}
ik hap
jij hapt
hij/zij/het hapt
ik hap
jij hapt
hij/zij/het hapt
» meer vervoegingen van happen
hap (mv. happen), mondvol {zn.}
hap (mv. happen)
mondvol {zn.}
mondvol {zn.}
hap (mv. happen) {zn.}
hap (mv. happen) {zn.}
hap (mv. happen), hap eten {zn.}
hap (mv. happen)
hap eten {zn.}
hap eten {zn.}
beet , hap (mv. happen), knauw {zn.}
beet
hap (mv. happen)
knauw {zn.}
hap (mv. happen)
knauw {zn.}
bijten, happen {ww.}
bijten
happen {ww.}
happen {ww.}
ik bijt
jij bijt
hij/zij/het bijt
ik bijt
jij bijt
hij/zij/het bijt
» meer vervoegingen van bijten
Zeg haar dat ge haar graag ziet. Heb geen schrik. Ze zal u niet bijten.
Zeg haar dat ge haar graag ziet. Heb geen schrik. Ze zal u niet bijten.
hap , beet {zn.}
hap
beet {zn.}
beet {zn.}
Ze nam een hap uit de appel.
Ze nam een hap uit de appel.
hapje , hap , knabbeltje {zn.}
hapje
hap
knabbeltje {zn.}
hap
knabbeltje {zn.}
Kan ik een hapje?
Kan ik een hapje?
deel , stuk , stukje, hap , gedeelte , part {zn.}
deel
stuk
stukje
hap
gedeelte
part {zn.}
stuk
stukje
hap
gedeelte
part {zn.}
Breng mij een stukje papier a.u.b.
Breng mij een stukje papier a.u.b.
Mag ik u nog een stukje gebak aanbieden?
Mag ik u nog een stukje gebak aanbieden?
hap , beet {zn.}
hap
beet {zn.}
beet {zn.}