Vertaling van ministerie

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
ministerie [o] {zn.}
ministerie [o] {zn.}
ministerie [o] {zn.}
ministerie [o] {zn.}
ministerie, departement {zn.}
ministerie
departement {zn.}
kabinet, studeerkamer, ministerie [o] {zn.}
kabinet
studeerkamer
ministerie [o] {zn.}
regeringsploeg [m] (de ~), ministerie, ministersploeg, kabinet [o] (het ~) {zn.}
regeringsploeg [m] (de ~)
ministerie
ministersploeg
kabinet [o] (het ~) {zn.}
departement [o] (het ~), ministerie [o] (het ~) {zn.}
departement [o] (het ~)
ministerie [o] (het ~) {zn.}


Gerelateerd aan ministerie

departement - kabinet - studeerkamer - regeringsploeg - ministersploeggebouw - groep - dienst - departement