Vertaling van aangrijpen

Inhoud:

Nederlands
Portugees
aangrijpen, aantasten, aanvallen, tackelen, attaqueren {ww.}
atacar
assaltar
acometer
agredir
abordar
aangrijpen, bewegen, ontroeren {ww.}
sensibilizar
comover
emocionar
abalar


Gerelateerd aan aangrijpen

aantasten - aanvallen - tackelen - attaqueren - bewegen - ontroeren