Vertaling van aantrekken

Inhoud:

Nederlands
Portugees
aanhalen, trekken, aantrekken {ww.}
atrair
aandoen, aantrekken, opleggen, opbrengen, aanbrengen {ww.}
apor
vestir
aplicar


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Portugees

Zwaartekracht is een natuurkracht, waardoor dingen elkaar aantrekken.

A gravidade é a força natural pela qual objetos atraem uns aos outros.

Wat zal ik aantrekken: een broek of een rok?

O que eu visto: calças ou uma saia?


Gerelateerd aan aantrekken

aanhalen - trekken - aandoen - opleggen - opbrengen - aanbrengen